Hoe een boek een film werd en vervolgens in een kluis beland…
De meesterlijke verfilming van de roman “De Donkere kamer van Damocles” lag decennia lang opgeborgen in een kluis.
Freddy Heineken deed eind jaren zestig de film in de ban als de enige financier van het filmproject.
Tot op de dag van vandaag is nog altijd niet duidelijk waarom Heineken tot deze daad over ging, maar vermoedens bestaan er natuurlijk wel.
De film “Als twee druppels water” beleeft zijn premiere op het witte doek op 21 februari 1963.
November 1958 verschijnt “De donkere kamer van Damocles” van de hand van schrijver W.F. Hermans. Filmregisseur Fons Rademakers is meteen lyrisch en ziet er een kaskraker in.
Hij neemt contact op met Hermans om de koppen in dit kader bij elkaar te steken en ze besluiten gezamenlijk een filmscenario te schrijven.
Na langdurig overleg zijn auteur en regisseur het eens over de grote verhaallijnen, Hermans zal het scenario verder uitwerken.
Hij komt ook op de proppen met de pakkende filmtitel en bedenkt de legendarische eindscene.
Rademakers kan zich echter niet vinden in het eindresultaat, het scenario is te lang en onverfilmbaar. Hij vertrekt derhalve hals over kop naar Groningen voor nader beraad met Hermans.
Maar koud terug uit het hoge noorden ontvangt hij een brief van Hermans met de zinsnede “Laten we het maar niet doen”.
Rademakers is in alle staten, maar heeft tegen die tijd al zwart op wit staan dat hij het boek mag verfilmen. Uiteindelijk werkt hij zelfstandig het hele scenario verder uit.
Om het financieringsprobleem op te lossen gaat Rademakers een aantal zakenlui af, en vind er een paar bereid om het geheel te sponsoren.
Als hij uiteindelijk bij Freddy Heineken aanklopt, hoort deze zijn voorstel aan en wil wel financieren echter op één voorwaarde.
Hij finaciert het complete filmproject op eigen houtje, er kan dus geen sprake zijn van mede financiers.
De onbekende acteur Lex Schoorel wordt door Rademakers gecast voor de dubbele hoofdrol.
De vriendin van de hoofdpersoon word gespeeld door Nan Los, een op dat moment onbekende in de filmwereld.
Naar alle waarschijnlijkheid is zij geselecteerd voor deze rol omdat zij toentertijd het liefje was van Freddy Heineken, ook al word dat in alle toonaarden door Rademakers ontkend.
Hij zegt dat hij haar weliswaar heeft leren kennen via Heineken, maar dat hij haar gewoon de meest geschikte persoon voor de rol vond.
Ze had volgens hem iets mondains wat de andere actrices niet hadden.
Ten op zichte van het boek waarin haar karakter een sleutelfiguur is, heeft Nan Los slechts een klein rolletje in de film.
Eind jaren zestig besluit Heineken dat de film niet meer publiekelijk vertoond mag worden en laat de film opbergen in een kluis van het filmmuseum.
Als enige financier van de film heeft hij de macht daartoe.
Tot aan zijn dood heeft hij de film in de kluis laten liggen.
Het vermoeden bestaat dat dit alles te maken heeft met Nan Los, de innige relatie met Heineken was over en uit en waarschijnlijk wilde Heineken zo zijn gram halen.
Hermans was er in ieder geval niet echt rouwig om.
Het boek kwam hem zo langzamerhand flink de keel uit en de verfilming vond hij vanaf het begin toch al helemaal niets.
Waarschijnlijk is hij de enige die deze mening is toegedaan.
Zijn roman behoort nog altijd tot de top van de Nederlandse literatuur en de film is een van de beste films van Nederlandse makelij uit de vorige eeuw…